Het optimaliseren en uniformiseren van farmacotherapiebeleid en het doelmatig inzetten van geneesmiddelen bij (kwetsbare) ouderen in de regio Noord- en Midden-Limburg.
Het optimaliseren en uniformiseren van farmacotherapiebeleid en het doelmatig inzetten van geneesmiddelen bij (kwetsbare) ouderen in de regio Noord- en Midden-Limburg.
Blaaskrampen komen vaak voor bij patiënten met een verblijfskatheter. Chronische obstipatie kan ook blaaskrampen veroorzaken.
Niet-medicamenteuze therapie
Medicamenteuze therapie
|
Dosering |
Bijzonderheden |
Vermalen |
1. solifenacine (Vesicare ®) |
1 dd 5 mg, zo nodig verhogen tot 1 dd 10 mg |
CI: overgevoeligheid, dementie, cognitieve stoornis, ongecontroleerd nauwe kamerhoekglaucoom, ziekte van Sjögren, obstructieve aandoeningen van het maagdarmkanaal, paralytische ileus, tachycardie, en acute bloeding bij instabiele cardiovasculaire status, aangeboren lang QT-intervalsyndroom, levercirrose Child-Pugh C, ernstige colitis ulcerosa, myasthenia gravis en urineretentie |
Ja |
1. tolterodine (Detrusitol ®) |
Mga preparaat: 1 dd 4 mg mga. Bij hinderlijke bijwerkingen verlagen tot 1 dd 2 mg mga.
Gewoon preparaat: 2 dd 2 mg. Bij hinderlijke bijwerkingen verlagen tot 2 dd 1 mg. |
CI: overgevoeligheid, dementie, cognitieve stoornis, onvoldoende gereguleerde nauwe-kamerhoek glaucoom, ziekte van Sjögren, obstructieve aandoeningen van het maagdarmkanaal, paralytische ileus, tachycardie, lang-QT-intervalsyndroom, ernstige colitis ulcerosa, myasthenia gravis
Preparaten met gereguleerde afgifte zijn nagenoeg even effectief en veilig als de preparaten met directe afgifte |
Gewoon preparaat: ja, maar dit gaat moeilijk en geeft een vieze smaak.
Capsule mga mag open. Korrels heel innemen. |
Mictieklachten betreffen klachten bij het urineren, zoals het moeilijk op gang komen van mictie, een zwakkere straal, moeilijk te bedwingen aandrang, minder goed uitplassen, nadruppelen en toegenomen mictiefrequentie overdag en ’s nachts. In de literatuur wordt hiervoor ook wel de term lower urinary tract symptoms (LUTS) gebruikt. Vaak zijn de klachten niet (direct) terug te voeren op een specifieke oorzaak of specifieke aandoeningen. Slechts een klein deel van de mictieklachten wordt veroorzaakt door benigne prostaathyperplasie (BPH) en wordt niet benoemd als afzonderlijke oorzaak, omdat BPH in de spreekkamer niet vast te stellen is en er bovendien geen beleidsconsequenties aan verbonden zijn. Klik hier voor de NHG-standaard mictieklachten bij mannen. Zie hoofdstuk 4. Urine-incontinentie mannen voor de behandeling van urine-incontinentie.
Niet-medicamenteuze therapie
Medicamenteuze therapie
|
Dosering |
Bijzonderheden |
Vermalen |
1. tamsulosine |
1 dd 0,4 mg mga ‘s ochtends |
CI: overgevoeligheid, orthostatische hypotensie in de anamnese en ernstige levercirrose |
Nee, maar de capsule mag wel open. Korrels heel innemen. |
1. alfuzosine |
1 dd 10 mg mga ’s avonds. |
CI: lang QT-intervalsyndroom (bij doseringen > 10 mg), orthostatische hypotensie in de anamnese en ernstige levercirrose |
Nee |
Deprescribing
Urineweginfecties worden onderverdeeld in cystitis en urineweginfecties met tekenen van weefselinvasie. Klik hier voor de NHG-standaard urineweginfecties. Klik hier voor de richtlijn urineweginfecties bij kwetsbare ouderen van Verenso. Adviseer zo nodig pijnstilling conform het hoofdstuk Pijn van dit geriatrisch formularium.
Wees terughoudend met het gebruik van antibiotica voor de behandeling van urineweginfecties bij kwetsbare ouderen tenzij er sprake is van:
Urineweginfecties - ongecompliceerde urineweginfectie bij vrouwen
|
Dosering |
Bijzonderheden |
Vermalen |
1. nitrofurantoïne (mga: Furabid ®) |
2 dd 100 mg mga gedurende 5 dagen
4 dd 50 mg gedurende 5 dagen |
CI: intermitterende hemodialyse, peritoneale dialyse, eGFR < 30 ml/min/1,73 m2, omdat er geen bactericide concentratie in de urine wordt bereikt. G6PD-deficiëntie. |
Nee |
2. fosfomycine (Monuril ®) |
Eenmalig 3 g ‘s avonds |
B: diarree, misselijkheid |
N.v.t. |
3. trimethoprim |
1 dd 300 mg ‘s avonds, gedurende 3 dagen |
CI: intermitterende hemodialyse, peritoneale dialyse. Voorzichtigheid is geboden bij G6PD-deficiëntie met chronische anemie, porphyria cutanea tarda, leverparenchymbeschadiging, foliumzuurdeficiëntie. |
Ja |
Urineweginfecties – met weefselinvasie
Bij een urineweginfectie met koorts of andere tekenen van weefselinvasie is een antibioticum nodig dat voldoende weefselpenetratie geeft, zoals amoxicilline/clavulaanzuur, ciprofloxacine, cotrimoxazol. Indien de klachten na de kuur verdwijnen is urinecontrole niet nodig.
|
Dosering |
Bijzonderheden |
Vermalen |
1. ciprofloxacine |
2 dd 500 mg gedurende 7 dagen (vrouwen) of 14 dagen (mannen) |
CI: epilepsie, lang QT-interval. |
Ja |
2. amoxicilline/ |
3 dd 625 mg gedurende 10 dagen (vrouwen) of 14 dagen (mannen) |
B: diarree, huidreacties |
Nee |
3. cotrimoxazol (trimethoprim/ |
2 dd 960 mg gedurende 10 dagen (vrouwen) of 14 dagen (mannen) |
IA: methotrexaat, VKA, fenytoïne, ciclosporine, folinezuur, RAAS-remmers en kaliumsparende diuretica |
Nee, wel uiteen laten vallen in water |
Urineweginfecties – met blaaskatheter
Bij koorts gedurende ≥ 24 uur, koude rillingen en/of een duidelijk delirium is een antibioticum voorschrift op basis van een mogelijke katheter-gerelateerde urineweginfectie alleen aangewezen, indien alle andere mogelijke (infectieuze en niet-infectieuze) oorzaken zijn uitgesloten en er geen sprake is van urineretentie. Heroverweeg daarnaast de indicatie voor de katheter.
Medicamenteuze therapie
Niet-medicamenteuze therapie
Medicamenteuze therapie
|
Dosering |
Bijzonderheden |
Vermalen |
Lokale oestrogenen |
|
|
|
estriol (Synapause-E3 ®) |
Vaginaal: |
CI: voorgeschiedenis van borstkanker, oestrogeengevoelige tumoren, onverklaarbare vaginale bloedingen, onbehandelde endometriumhyperplasie, voorgeschiedenis van veneuze trombo-emboliën, trombofiele aandoening, actieve of recent doorgemaakte arteriële trombo-embolische aandoening (angina pectoris, myocardinfarct), leveraandoening, leverfunctiestoornis, acute porfyrie
Evalueer deze behandeling jaarlijks |
N.v.t. |
Antibiotica |
|
|
|
1. nitrofurantoïne |
1 dd 50-100 mg ’s avonds |
CI: intermitterende hemodialyse, peritoneale dialyse, eGFR < 30 ml/min/1,73 m2, G6PD-deficiëntie. |
Nee |
Urine-incontinentie is elke vorm van onwillekeurig verlies van urine en kan bij mannen deel uitmaken van aspecifieke mictieklachten of van het overactieve blaassyndroom. Klik hier voor de NHG-standaard mictieklachten bij mannen.
Niet-medicamenteuze therapie
Medicamenteuze therapie
|
Dosering |
Bijzonderheden |
Vermalen |
solifenacine (Vesicare ®) |
1 dd 5 mg, zo nodig verhogen tot 1 dd 10 mg |
CI: overgevoeligheid, dementie, cognitieve stoornis, ongecontroleerd nauwe kamerhoekglaucoom, ziekte van Sjögren, obstructieve aandoeningen van het maagdarmkanaal, paralytische ileus, tachycardie, en acute bloeding bij instabiele cardiovasculaire status, aangeboren lang QT-intervalsyndroom, levercirrose Child-Pugh C, ernstige colitis ulcerosa, myasthenia gravis en urineretentie |
Ja |
darifenacine (Emselex ®) |
Oraal: |
CI: urineretentie, gastrische retentie, nauwe kamerhoek glaucoom, myasthenia gravis, levercirrose Child-Pugh C, ernstige colitis ulcerosa |
Nee |
tolterodine (Detrusitol ®) |
Mga preparaat:
Gewoon preparaat: 2 dd 2 mg. Bij hinderlijke bijwerkingen verlagen tot 2 dd 1 mg. |
CI: overgevoeligheid, dementie, cognitieve stoornis, onvoldoende gereguleerde nauwe-kamerhoek glaucoom, ziekte van Sjögren, obstructieve aandoeningen van het maagdarmkanaal, paralytische ileus, tachycardie, lang-QT-intervalsyndroom, ernstige colitis ulcerosa, myasthenia gravis
Preparaten met gereguleerde afgifte zijn nagenoeg even effectief en veilig als de preparaten met directe afgifte |
Gewoon preparaat: ja, maar dit gaat moeilijk en geeft een vieze smaak.
Capsule mga mag open. Korrels heel innemen. |
Deprescribing
Urine-incontinentie is elke vorm van onwillekeurig verlies van urine en komt bij een kwart tot de helft van de volwassen vrouwen voor en kan gepaard gaan met aanzienlijke negatieve gevolgen voor de kwaliteit van leven. Klik hier voor de NHG-standaard incontinentie voor urine bij vrouwen.
Niet-medicamenteuze therapie
Medicamenteuze therapie
|
Dosering |
Bijzonderheden |
Vermalen |
1. solifenacine (Vesicare ®) |
1 dd 5 mg, zo nodig verhogen tot 1 dd 10 mg |
CI: overgevoeligheid, dementie, cognitieve stoornis, ongecontroleerd nauwe kamerhoekglaucoom, ziekte van Sjögren, obstructieve aandoeningen van het maagdarmkanaal, paralytische ileus, tachycardie, en acute bloeding bij instabiele cardiovasculaire status, aangeboren lang QT-intervalsyndroom, levercirrose Child-Pugh C, ernstige colitis ulcerosa, myasthenia gravis en urineretentie |
Ja |
1. tolterodine (Detrusitol ®) |
Mga preparaat:1 dd 4 mg mga. Bij hinderlijke bijwerkingen verlagen tot 1 dd 2 mg mga.
Gewoon preparaat: 2 dd 2mg. Bij hinderlijke bijwerkingen verlagen tot 2 dd 1 mg. |
CI: overgevoeligheid, dementie, cognitieve stoornis, onvoldoende gereguleerde nauwe-kamerhoek glaucoom, ziekte van Sjögren, obstructieve aandoeningen van het maagdarmkanaal, paralytische ileus, tachycardie, lang-QT-intervalsyndroom, ernstige colitis ulcerosa, myasthenia gravis
Preparaten met gereguleerde afgifte zijn nagenoeg even effectief en veilig als de preparaten met directe afgifte. |
Gewoon preparaat: ja, maar dit gaat moeilijk en geeft een vieze smaak.
Capsule mga mag open. Korrels heel innemen. |
Deprescribing
Legenda
Bronnen
Referenties klik hier
Auteurs
Lieke van Dinter (masterstudente farmacie), Suzanne Dittrich (ziekenhuisapotheker), René Beaumont (specialist ouderengeneeskunde), Sara Bours-de Die (ANIOS ouderengeneeskunde), vakgroep Klinische Geriatrie, Luba Mensing (specialist ouderengeneeskunde), Anne Visser (AIOS ouderengeneeskunde), Sandra Voermans-Boekhorst (verpleegkundig specialist ouderengeneeskunde), Marie-Renée Pijnaker-Wientjens (apotheker)
Revisiedatum
15 april 2022
Contact
Voor inhoudelijke vragen en/of opmerkingen kunt u contact opnemen via transmuralefarmacie@viecuri.nl.
1. Mictie LUTS: Mictie, LUTS, lower urinary tract symptomen, prostaathyperplasie, bemoeilijke mictie, hesitatie, residugevoel
2. Urineweginfecties: Cystitis, urineweginfecties, blaaskatheter, UWI
3. Profylaxe urineweginfectie: Cystitis, urineweginfectie, profylaxe, UWI
4. Urine-incontinentie: Urine-incontinentie, incontinentia